zondag 25 januari 2015

En welkom terug...

... in het echte leven. December is zo'n belachelijk drukke maand geweest. Ik had verschillende kerstdingen, mijn stage, mijn beeldend eindexamen, scriptie, rhönradwedstrijden, toneel en... Ik kon eigenlijk alleen maar reikhalzend naar januari uitkijken. Dat was eigenlijk de mantra die ik mijn hoofd afspeelde: januari, januari, januari. Wat zou ik dan een rust hebben.
En het is waar dat ik een heleboel dingen heb kunnen afsluiten: alle kerstdingen, de rhönradwedstrijden en mijn stage bij het Kröller-Müller Museum.
Maar grappig genoeg zijn we nu in januari beland en wat blijkt; het leven gaat gewoon door. Mijn vriend en ik zijn een weekendje weg geweest, maar dat was dan ook alle rust die ik eigenlijk nodig had.
Ik heb me na de stage op 3 en 4 januari meteen weer gestort op de mijn beeldend examen, scriptie, toneel en rhönrad. Ik vind het ook leuk om aan die dingen te werken. Misschien hoef ik op dit moment niet te rennen, maar ik sta ook niet stil in de dingen die wil/moet doen.


Maar eerst even over mijn stagedagen: de stagedagen waren heel erg leuk. Aan het eind van de dag deden mijn voeten en mijn oksels pijn (ik had een prinsessenjurk aan die eigenlijk gemaakt is voor iemand die een kop kleiner is dan ik...). Maar ik kreeg een fantastische energie van de bezoekers, jong en oud, die bij mijn activiteit kwamen. Ik stond bij de Tijdlijn. Er was namelijk een gekke professor die zijn tijdreis heeft verprutst en daardoor kwam ik (Eva Callimachi-Catargi) uit 1881 naar het nu. Tegelijkertijd is de hele loop van de geschiedenis door elkaar heen gehusseld en dat moesten we weer goed op volgorde krijgen op de Tijdlijn... Duh! De reactie van de kinderen was heerlijk en ze waren zo enthousiast. Ik kijk met een heel goed gevoel terug op deze stage. Ondertussen heb ik ook mijn stageverslag ingeleverd en het beoordelingsgesprek gehad. Ik heb dit gehaald met een 9! Jee! Nu hoef ik "alleen nog maar" mijn scriptie en beeldend examen te halen voor mijn diploma.

Het volgende ding is dat we de rhönradwedstrijden hebben gehad. We kunnen nu kijken naar de grote DOK uitvoering in juni. Het thema is Musicals. We mochten met de les kiezen en uiteindelijk heeft Charlotte (één van de turnsters) unaniem besloten dat het Wicked moet worden. Het maakte namelijk de andere kinderen niet uit. We zijn al hard bezig met een leuke en uitdagende demo te verzinnen.
Verder ben ik veel bezig met toneel. Over anderhalve maand is de première al (sh*t, dat is al snel). Ik heb de poster, flyers en visitekaartjes vormgegeven en ben nu bezig met het programmaboekje en twee filmpjes om het stuk te promoten. Daar ben ik ook lekker mee bezig dus.

Moraal van het verhaal: we kijken altijd vooruit naar iets "beters", maar zijn we daar aangeland, blijkt dat "beters" net zoals het altijd is te zijn. Dat is niet erg, als je maar niet vergeet van de dingen te genieten die je tijdens je rennen/joggen/wandelen/kruipen tegenkomt.


maandag 12 januari 2015

Rollend...

... het nieuwe jaar in. In mijn eerste blog van het nieuwe jaar ga ik het hebben over (tromgeroffel) rhönrad. Ik kan me nu voorstellen dat er bij de meeste mensen vraagtekens verschijnen. Rhönrad is een sport, waar je bij mijn familie niet aan kan ontkomen. Al sinds ik heel klein ben doe ik deze sport en moet ik proberen om het aan andere uit te leggen. Ik ben er achter gekomen dat het niet werkt om dat mondeling te doen. Meestal zeg ik dat ze het maar even moeten googlen. Voor jullie heb ik even een filmpje opgezocht 
Even voor de duidelijkheid: zij is heel goed. Niet iedereen kan het zoals zij...

Mijn grootvader heeft een belangrijke rol gespeeld voor raderend Nederland. Mijn moeder is in zijn voetsporen getreden. Zij heeft zelf geturnd en nu is ze trainster. Toen ik zes jaar was kon ik de L4, in die tijd het laagste niveau. Gelukkig ben ik geklommen naar de moeilijkere niveaus. In mijn tienenjaren trainde ik erg veel en hard. Ik heb in 2002 op het NK goud gewonnen met de L8 (L10 was het moeilijkst). Ik heb nog kunnen stijgen naar het hoogste niveau, maar door een polsblessure was ik gedwongen een tijd te stoppen. Daarna was het niet meer hetzelfde.


Mijn broertje en jongste zusje doen ook aan rhönrad en zij zijn allebei stukken beter dan ik ooit geweest ben. Mijn broertje mocht naar het WK in 2011 voor sprong (ik ben nu niet aan het opscheppen: het is gewoon een feit).

Ik turn nu zelf niet meer, maar ik ben ook een trainster. Samen met mijn moeder train ik twee keer in de week de selectiekinderen. Afgelopen zaterdag waren de districtswedstrijden. Dat zijn belangrijke wedstrijden, want dan kan je je plaatsen voor het NK in maart. Ik moet even eerlijk zijn: ik hou niet zo van wedstrijden. De lessen en de kinderen zijn heel leuk, maar wedstrijden... neuh. Ten eerste, je zit de hele dag in een zuurstofarme gymzaal. Ten tweede moet je vaak belachelijk vroeg opstaan. Helaas zit er geen rhönradvereniging in elk dorpje. Nee, je moet vaak naar Den Helder, Raalte, Purmerend of Naaldwijk. Deze keer moesten we naar Grou en voor de topografische leken onder ons: dat ligt in Friesland. Er zijn maar twee verenigingen in die contreien en dus zitten ze bij ons district erbij. Om op tijd op de wedstrijd te zijn, moesten we om 06:00 uur vertrekken vanaf de gymzaal en we waren 's avonds pas om 21:30 uur thuis.
Dit jaar zijn zo goed als alle kinderen een niveau omhoog gegaan. We hebben heel hard getraind, maar om eerlijk te zijn: ze waren er nog niet klaar voor. Als trainer wordt je daar behoorlijk zenuwachtig van. Over het algemeen deden ze het goed bij spiralen en sprong, maar bijna elk van hen heeft rechtuit een beetje verprutst. Ik had bijvoorbeeld vier meiden die de kniependel deden (je hangt aan je knieën aan een stang, laat je handen los en zwiept zo naar de andere kant). Ze kunnen hem! Echt! Maar geen van hen heeft hem alleen gedaan tijdens de wedstrijd. Of de reuzebrug van Daniël. Hij doet hem meestal alleen, maar afgelopen zaterdag is hij er vier keer uitgevallen. Gelukkig kon ik hem elke keer opvangen (ik heb de spierpijn om het te bewijzen ;). En toch... wat was het leuk. Het enthousiasme, doorzettingsvermogen en sportiviteit van de kinderen. Ze gunnen het elkaar zo en ze leven zo mee met een ander als iets mislukt. Wij (als trainers) vinden het belangrijk dat de kinderen hun best doen. Het kan zijn dat er dan dingen mislukken met alle spanning van zo'n dag. Daar mogen ze teleurgesteld en verdrietig over zijn, maar het is niet het eind van de wereld. Wij worden er ook niet boos over (dat zie je wel eens anders).
De groep kinderen die we nu hebben zijn een goede mix. Ze halen het beste in elkaar naar boven en dat vind ik zo mooi. Zo was er een meisje dat eigenlijk altijd naast de pot pist: ze was de eeuwige vierde. Ze heeft heel hard gewerkt afgelopen tijd en ondanks dat ze er uitviel met een rol die ze al maanden alleen kan, werd ze tweede. Later hoorde ik van een moeder dat de meisjes er op de heenweg over hadden gehad dat ze haar een medaille gunde. Ja, deze kinderen zijn bijzonder en zij maken de lessen en de wedstrijden leuk. Ik ben er trots op dat wij kinderen hebben die eerlijk en sportief zijn.